uu77

Meldingsplichtige nevenfuncties

In sommige gevallen moet er toestemming worden verleend voor het mogen uitvoeren van een nevenfunctie. Dit zijn nevenwerkzaamheden die klaarblijkelijk een relatie hebben met je werkzaamheden bij de universiteit, die mogelijk het belang van de universiteit kunnen schaden, en/of die een goede en volledige functievervulling in het gedrang kunnen brengen. Zie artikel 4 in het beleidskader voor een uitgebreide omschrijving van een meldingsplichtige nevenfunctie.

Bij het invoeren van je nevenfunctie op je profielpagina kun je aangeven of het een meldingsplichtige nevenfunctie betreft. Als dat het geval is, gaat na opslaan van je nevenfunctie hiervan een melding naar jouw leidinggevende. Je leidinggevende geeft er advies over en legt de nevenfunctie vervolgens voor aan bevoegd gezag (bijvoorbeeld decaan/ divisiedirecteur) ter goedkeuring/afwijzing. Na goedkeuring/afwijzing ontvang je een mail. De nevenactiviteit wordt ook gearchiveerd in jouw digitaal personeelsdossier. Bij melding wordt er automatisch direct gepubliceerd. Alleen als er geen toestemming wordt verleend, wordt de melding automatisch weer verwijderd.

Nevenfuncties waarvoor melding niet verplicht is (bijvoorbeeld het bestuur van een sportvereniging of de werkzaamheden voor een politieke partij) kunnen ook worden ingevoerd. Deze doorlopen geen goedkeuringsproces en worden automatisch direct gepubliceerd op je profielpagina.

Publicatie van meldingsplichtige nevenfuncties

Het uitgangspunt is dat alle meldingsplichtige nevenfuncties op je profielpagina worden getoond. Door het uitvinken van het veld ‘Publiceren op profielpagina’ kan echter ontheffing van publicatie worden aangevraagd. De beweegredenen hiervoor kun je met je leidinggevende bespreken. Je leidinggevende en/of bevoegd gezag kunnen de aangevraagde ontheffing goed- of afkeuren.

Neveninkomsten

Bij het opgeven van een meldingsplichtige nevenfunctie moet je ook aangeven of er sprake is van neveninkomsten. Neveninkomsten mag je zelf houden als je universitaire functie minder omvat dan 50% van je totale arbeidsduur, als de nevenwerkzaamheden geen of een beperkte relatie hebben met de universitaire functie of als de neveninkomsten per kalenderjaar niet hoger zijn dan een bruto maandsalaris bij de universiteit.